Jonge kinderen hebben vrijwel voortdurend aansturing en aandacht van een volwassene nodig in spel. Kinderen zonder autisme spelen op 2 jarige leeftijd niet langer dan een paar minuten zonder aansturing van de volwassene, waarbij ze vaak van speelgoed wisselen. Pas rond de leeftijd van 5 jaar kan een kind 10 minuten of langer zonder aansturing spelen.
Kinderen met autisme zijn vaak op veel jongere leeftijd al in staat om langdurig zelfstandig te spelen, vaak steeds met het zelfde speelgoed soms in combinatie met herhalende bewegingen van hun eigen lijf. In eerste instantie lijkt dit een goede vaardigheid, maar het zorgt er ook voor dat er minder leermomenten zijn voor nieuw spel, taal, sociale en emotionele ontwikkeling. Daarom is het leren spelen voor kinderen met autisme zo belangrijk; je leert veel meer dan alleen speelgoed gebruiken.